‘Waarom maak je Engelen Irene?’ Het is een vraag die me vaak wordt gesteld en mijn antwoord is een beetje wonderlijk. het begon namelijk ooit allemaal met iets wat niet binnen de gewone perceptie valt.

De Engel met bloemvleugels

Jaren geleden, op een dag, toen ik door het bos liep, kreeg ik een verschijning van een Engel. Ze was meters hoog en had vleugels van takken en bloemen. Het was ontzagwekkend, ondanks dat het maar een moment duurde.

Engel-creatie-golf

Het maakte dat ik in een engel-creatie-golf uitbarstte. Alles in mij wilde de engelverschijning verbeelden. Alsof de Engel door zichzelf te laten zien, tegen het tipje van een nieuwe schakelaar had geduwd. Ik ging dus onderzoeken, werken en voelen. Creatie is altijd putten uit een verhaal wat in jezelf leeft. Tijdens het maken van werk wordt ik ook innerlijk aangeraakt, komen er inzichten, stel ik mezelf vragen. Dat Engelen wezens buiten ons zijn die ons begeleiden en beschermen was al lang voelbaar voor mij. Maar in het proces van de Engelen die ik maakte, ging het voor mij ook over de zichtbare ‘de Engel in de mens’. We zijn daar ook een archetype. Later maakte ik ook Engelen in opdracht, waarmee we juist naar dat archetypische aspect in jezelf keken.  Maar zover was het toen nog niet.

 

Mijn eerste Engel maakte ik van papier. Om het gevoel van de natuur in de vleugels te vangen, scheurde ik stukjes bloemen, bomen en licht uit tijdschriften. Ik maakte eindeloze series. Zo probeerde ik het gevoel dat de Bos Engel in mij had losgemaakt te omvatten. Ze waren ruw en rommelig. Daar gaat het in dat deel van het proces over. Ik heb dan geen enkele neiging tot perfectie. Al zoekend legde ik gevoelszenuwen bloot. Vervolgens maakte ik een serie Engelen in de vorm van papiercollages, waar ik weer overheen tekende en schilderde.

Toen kreeg ik ineens heel sterk de wens om de Engelen zo groot maken dat het leek alsof ze in de kamer stonden. Dat realiseerde ik door de collages en de poppen te fotograferen, zodat ik ze vergroot op canvas kon afdrukken. Toen gebeurde er iets grappigs. De man die mijn printwerk regelde stond ook op beurzen. En hij was razend enthousiast en vroeg me of er nog meer van deze Engelen waren. Ik vertelde hem dat er 17 waren, maar dat ik nog niet klaar was met ontwikkelen. Het was wel een geweldige aanmoediging!

Op mijn eerste afdruk vond ik de overgangen tussen de papierstukjes namelijk nog niet mooi. Mijn aanvankelijke idee was om over deze ruwe schets heen te schilderen. Maar ineens bedacht ik dat dat ‘schilderen’ ook in Photoshop kon doen. Eerst deed ik dat heel tekenachtig. Later werden mijn collages steeds gedetailleerder en fotografischer. Tot ik daar zoveel raffinement in ontwikkelde, dat je bijna niet meer kon zien of iets nu volledig een foto was of niet.

Zo ontstonden mijn Engelschilderijen dus.